Duurzaamheidsstudie van UTA Edenred voor wagenparkbeheerders

Om de mobiliteitstransitie actief te bevorderen, moeten commerciële wagenparken zich de komende jaren duurzamer opstellen. Toch verbindt elke tweede wagenparkbeheerder (51 procent) de gevraagde omschakeling in eerste instantie met extra kosten, hoewel dit onderwerp steeds belangrijker wordt en op lange termijn het potentieel heeft om kosten te verlagen. Dit is een centraal resultaat van de huidige studie “Hoe wagenparkbeheerders duurzaamheid in hun wagenparken bevorderen”, waarvoor UTA Edenred, een van de toonaangevende mobiliteitsdienstverleners in Europa en onderdeel van de Edenred-groep, in maart van dit jaar 300 wagenparkbeheerders heeft ondervraagd.

(Kleinostheim) Slechts één op de vier (28 procent) rekent op financiële verlichting, terwijl bijna één op de vijf (18 procent) bij deze stap uitgaat van een gelijkblijvend kostenniveau. (Grafiek 1)

Op Duitse wegen wordt nog steeds te veel CO2 uitgestoten. Om de klimaatdoelen van de Duitse regering tegen 2030 te kunnen bereiken, moet de reductie de komende jaren aanzienlijk worden versneld. Hoewel de wagenparken van Duitse bedrijven hier aanzienlijke mogelijkheden bieden, heeft meer dan één op de vijf bedrijven (22 procent) momenteel nog geen klimaatdoelen voor hun bedrijfsvoertuigen gedefinieerd. 40 procent van de ondervraagde wagenparkbeheerders heeft daarentegen als doel gesteld om de CO2-uitstoot te verminderen, terwijl meer dan een kwart (28 procent) zich heeft voorgenomen om tegen 2030 klimaat- of CO2-neutraal te worden. (Grafiek 2)

“Mobiliteit moet vandaag de dag niet alleen eenvoudig zijn, maar ook duurzaam”, zegt Richard Röhr, Sales Director Fleet & Mobility DACH bij UTA Edenred. “Daarom adviseren we wagenparkbeheerders als het gaat om het verminderen van de CO2-uitstoot van hun wagenparken en bieden we hen op maat gemaakte oplossingen, diensten en milieuvriendelijke initiatieven. Zo kunnen ze voldoen aan de strengere emissie-eisen voor hun voertuigen.” Tot de oplossingen behoort onder andere het duurzaamheidsprogramma “Move for Good”, waarmee transport- en mobiliteitsklanten de milieuvriendelijkheid van hun voertuigvloten kunnen verbeteren. Dergelijke aanbiedingen stuiten op grote belangstelling bij de ondervraagde wagenparkbeheerders: Meer dan 70 procent vindt ze zeer interessant of interessant, terwijl ongeveer een kwart er minder in geïnteresseerd is.

Brandstofbesparing voor klimaatbescherming

Momenteel zetten wagenparkverantwoordelijken het meest (41 procent) in op brandstofbesparing om duurzamer te worden. Bijna evenveel ondervraagden (40 procent) gaven echter aan dat deze maatregel voor hen niet aan de orde komt. Daarnaast stelt 39 procent van de ondervraagde wagenparkbeheerders hun wagenparken momenteel om op alternatieve aandrijvingen. Ook hier blijkt dat de ondervraagden verdeeld zijn, want voor 36 procent komen alternatieve aandrijvingen niet in aanmerking. Toch wil bijna één op de vier (24 procent) de aandrijvingsomschakeling in de toekomst aanpakken. Ook de bewustwording van de chauffeurs is voor een derde van de ondervraagden (33 procent) momenteel een geschikt middel om duurzamer te worden. Terwijl bijna één op de vijf (19 procent) zijn chauffeurs in de toekomst wil opleiden, sluit bijna de helft (48 procent) deze bijscholing in principe uit.

Waterstof en E-Fuels

Een andere mogelijkheid om zijn wagenpark in de toekomst emissievrij te maken, is de “groene” waterstof. Dit wordt beschouwd als een schone alternatieve brandstof voor voertuigen met een verbrandingsmotor. Waterstof is vooral interessant in sectoren zoals het langeafstands- en zwaar transport, waar elektrificatie op korte termijn nog niet mogelijk is. En hoewel er momenteel in Europa nog geen uitgebreide infrastructuur aanwezig is, wil bijna één op de drie wagenparkbeheerders (29 procent) in de toekomst waterstof gebruiken voor de werking van hun voertuigen. Ook E-Fuels zijn in de discussie over duurzame mobiliteit in de schijnwerpers komen te staan. Terwijl sommigen ze zien als een milieuvriendelijke alternatieve brandstof voor elektrische voertuigen, zijn anderen van mening dat voertuigen die op E-Fuels rijden theoretisch klimaatneutraal kunnen zijn, maar lokaal toch CO2 en schadelijke stoffen uitstoten. Dezelfde polariserende mening weerspiegelt zich in de enquête. Terwijl meer dan een derde (36 procent) van de ondervraagde wagenparkbeheerders denkt dat E-Fuels milieuvriendelijker zijn dan elektrische voertuigen, denkt meer dan een kwart (28 procent) het tegenovergestelde. Bijna een kwart (24 procent) is daarentegen nog onzeker, terwijl één op de tien (11 procent) nog geen gedachten heeft gehad over E-Fuels. (Grafiek 3).

Download Marktstudie

Grafieken: © UTA Edenred